woensdag 13 oktober 2010

Huttje bouwen


Zondag 20 December 2009, om tien uur ’s morgens heb ik een afspraak met een familie lid van mijn vriend Moussa Ag Kayna, weet je wel van groep Toumast die ik paar dagen te voren gebeld had in verband met dat ik een auto zocht, die mij en mijn gezin naar Tahoua kan brengen. Moussa heeft familie in Niamey wonen, hij weet waar ik een auto kan huren.
Abdoulatif, zou om tien uur bij mij zijn om onze bagage naar de Rinbo, het busvervoer in Niger, die onze bagage naar Tahoua zou brengen, maar om tien uur was hij er nog niet, dus ik hem gebeld om te vragen waar hij blijft. Hij zei, “ik dacht dat je mij eerst zou bellen om te zeggen hoe laat ik bij u moet zijn”.
“Ach ja, wij hebben toch een duidelijke afspraak om tien uur, maar ja kom je nu dan?” “Ja”, zei hij, “ik kom er zo aan”, En dat klopte ook, hij was snel bij ons. Wij hebben snel alles ingeladen en door gereden naar de Rinbo, even van tevoren heb ik met mijn vrouw overlegd hoeveel het vervoer van de bagage mag kosten. Bij Rinbo aangekomen, moesten wij door een poort binnen rijden, en toen komt een meneer naar ons die vroeg of iemand mee zou rijden met de bagage. Ik zei, “Nee, wij willen alleen de bagage mee sturen naar Tahoua”, eerst was hij met zijn hoofd aan het schudden, maar daarna zei hij oké.
Maar wat gaat het kosten? Hij zei 30 duizend CFA, ik zei,”nee, dat zijn maar zeven koffers en een zak met schoenen, ik geef u 18 duizend CFA”, “is goed”, zei hij, “nu moeten jullie de namen op de bagage schrijven en u krijgt een briefje als bewijs. Ik heb ook de naam van mijn oom Albachir en zijn telefoon nummer op gegeven.
Kom zei ik tegen Abdoulatif, breng je mij terug naar huis? Bij thuiskomst zei ik tegen hem “morgen om acht uur willen wij vertrekken naar Tahoua, ben je dan op tijd?” “Ja”, zei hij “is geen probleem”.
Maandag 21 december 2009 om tien voor half acht ’s morgens, belde Abdoulatif mij op en zei atuf Alumnak maak je kameel reeds klaar, ik zei “ wat is er?” Ja, zei hij, ik ben zo bij je om te vertrekken naar Tahoua. Ik zei oké, wij zijn zo klaar, vijf voor half acht stond hij al voor de deur.
Met behulp van Housseini hebben wij snel alles ingeladen, en kunnen wij vertrekken. Nu nog afscheid van Housseini nemen en uitzwaaien en wij zijn vertrokken. Onderweg zei Abdoulatif tegen mij “heb je wat geld voor mij om te tanken?”.
Ik zei, “ ik heb alleen euro’s, maar misschien kan ik bij de tankstation wat wisselen?”, toen wij bij het tankstation aankwamen, vroeg ik een van de mannen die daar werkte of ik hier euro’s kon wisselen. “ja zei hij, hoeveel wilt u wisselen? Ik zei vierhonderd euro.
Ik zei tegen Abdoulatif je kan tanken, nadat wij getankt hebben, zijn wij echt vertrokken richting Tahoua. Even voorbij het vliegveld buiten de stad Niamey zegt Abdoulatif, “kijk een open veld, een groot open veld, hier wordt een nieuwe vliegveld gebouwd”.
Even voorbij Doutchi brak de airco-V-snaar van de auto, dus wij moesten vanaf daar ongeveer 300 km zonder airco rijden. Abdoulatif was in paniek, omdat alles van de auto automatisch was, gingen alle electronische schakelaars uit.
Maar dat was niet gevaarlijk voor de motor van de auto, dus wij konden er gewoon zo mee rijden. Om half drie ’s middags zijn wij in Koni aangekomen, daar hebben wij wat gerust en gegeten en heeft de kok van Abdoulatif toeareg-thee gemaakt.
Elke reis die ik naar Niger meemaak, gebeuren bijzondere dingen, zoals dit keer, dat ik na een achtervolging van een politieagent erachter moet komen, dat wij door een burgemeester van Abala naar Tahoua gebracht worden.
Nl.tussen Dosso en Doutchi hebben wij twee auto’s en een motoragent langs de kant gepasseerd, die motoragent kwam achter ons aan vliegen, mijn vrouw zag hem naar ons zwaaien terwijl hij constant naast onze landcruiser opreed, toen riep zij; “wij worden achtervolgt door een politieagent, wij moeten stoppen”.
Abdoulatif ging even aan de zijkant staan, en ik hoorde de agent zeggen “Assalamu alaikum mere Abdoulatif”, “Alaikum assalam”, antwoord hij, en toen ging het ratatata in de lokale taal Haussa.
Ik hoor hun vertellen over de goede samenwerking in de stad Abala.
Even later haalde Abdoulatif een briefje van duizend CFA uit zijn zak en het verdween in de handen van de politieagent. Het werd tijd om afscheid te nemen nu kunnen wij doorrijden.
Even later zei Abdoulatif tegen mij zeg, “tegen je vrouw, dat het geld dat ik aan de politieagent gaf ,was gewoon zo maar, niet dat wij iets verkeerd deden of zo”, dat heb ik volgens mij niet vertaald aan mijn vrouw.
Toen haalde hij een document uit zijn zak en zei hij “kijk, ik ben de burgermeester van Abala” dat heb ik wel aan mijn vrouw vertaald, want ik was van verbazing helemaal weg, wat is dat weer, ik wordt door de burgermeester naar Tahoua gereden.
Om half drie waren wij in Koni aangekomen, een stad voor Tahoua waar ik vandaan kom, daar hebben wij wat gegeten en gedronken. Vanaf daar heb ik mijn oom gebeld om te zeggen dat wij er bijna waren.
Om zes uur s’ avonds zijn wij in Tahoua aangekomen. Mijn oom zei, dat wij voor het ziekenhuis van Tahoua moeten zijn, hij zou daar op ons wachten. Toen wij daar aankwamen, was hij er nog niet. Ik ben uitgestapt om te kijken waar hij is, toen zag mijn vrouw hem op een brommer aankomen. Ik ben weer ingestapt en achter hem aangereden naar het huisje waar wij twee dagen logeerden.

Geen opmerkingen: